Abraham Johannes / Accra Doura
UPDATE:
Op het schilderij staat niet Abraham Johannes maar Cocquamar Crenequie – Willem Philip Frederik
Christiaan was niet de enige man uit Afrika in Weesp halverwege de 18e eeuw.
Abraham Johannes, die eerder Accra Doura werd genoemd woonde hoogstwaarschijnlijk bij Bertrand Philip Sigismund Albrecht graaf van Gronsveld-van Diepenbroick-Impel en zijn echtgenote Amone Sophia Frederike van Löwenstein-Wertheim-Virneburg Gravin van Limpurg-Sontheim. Mijn eerste kandidaat die Christiaan weggegeven kan hebben. Abraham Johannes is geschilderd met de Gravin en het schilderij hangt in het museum in het stadhuis van Weesp.
(Het is geschilderd door Rosine Mattieu-Liscewska in 1754 en we gaan er met de wandeling “In de voetsporen” van naar kijken.)
Abraham Johannes werd in 1754, het jaar dat het schilderij is gemaakt, gedoopt en in het Kerkeraadsboek wordt hij “een bejaarde neger”genoemd.
Door zijn doop is het verhaal van zijn leven vastgelegd. Ik heb foto’s van de fotokopiën die helaas niet goed leesbaar zijn. Stukje voor stukje tracht ik te ontcijferen wat er staat. Op de Google Drive staat alles en is het toegangelijk voor iedereen en kan er geholpen worden met ontcijferen. Ale hulp wordt zeer op prijsgesteld!
Volgens mij staat er:
“Copie
Een …… ik van … …. bij ……
…. …. ….. van een .. gelijk 1 Dec
het zonder ….. … gaan, dat de Neger Accra Doura den welke
ik om …… in den jaare 1742
heb gekocht op Del Mina en van
daar in 1750 mede …. .naar Holland
gebrachgt ten en de nog op de …
…. en tegelijk. De ….. van
Nederland wat te …. … …
en zijnen dienst. wat te beginnen
te worden …ondergeschikt …. …
….lijk heeft verzachte een ….
Ik als zijn Heer en eigenaar hem Accra Doura welke beg…..
en …. met zijne …heit
vermits hij Doura … die …
van besten .. heit .. de kennis van
lezen en schrijven, de ……
.. .. van dienen, de”
Woorden om stil van te worden. Gekocht op een markt is hij en het lijkt er op dat hij daarna nog zes jaar in Afrika was voor hij naar Nederland werd meegenomen. Ook wie de “ik” is in dit schrijven weet ik nog niet, het is ondertekent, maar door wie?
Er is nog veel wat ik niet kan lezen en aan de bladzijden hierna ben ik nog niet begonnen. Als ik dit lees vraag ik mij af of het bij Christiaan ook zo gegaan is. Zouden ze er samen over gesproken hebben?
Tot nu toe heb ik nog geen enkele aanwijzing dat Abraham Johannes nazaten heeft gekregen die zijn verhaal kunnen vertellen. Ik hoop daarom dat zijn verhaal, al is het zo moeilijk te lezen, kan worden ontcijferd en gelezen.
UPDATE:
Lees HIER het hele uitgeschreven verslag over zijn doop.
Dit is wat ik ervan kan lezen:
(pagina 1)
Certificeer ik ondergeschr. bij dezen
tot re quisiti van een iegelijk, die
het zoude mogen aengaan, dat de
Neger Accra Dourra, den welken
ik ondergeschr. in den jaere 1742
heb gekocht op del Mina en van
daar in 1750 mede naer Holland
gebracht ten einde mij op de ’t huis
reize en te gelijk de usantien van
Nederlant wat te leeren, om aldus
in zijnen dienst wat bequamer
te worden mij onderschr. onop
houdelijk heeft verzocht en gebeden.
Ik als zijn Heer en Eigenaar hem
Accra Dourra wilde begunstigen
en beschenken met zijne vrijheit,
vermits hij Dourra heeft die jaeren
van bestendigheit, de kennis van
leezen en schrijven, de Nederlant
sche manieren van dienen, de
kennis van de religie, negotie en
Lantbou, zich … genoegzaam
te bezitten en machtelijk te wezen
om zijn eigen brootwinning en het
fortuin in de werelt te kunnen
bekomen, door alle welke mij
… en beweegredenen bij mij
Onderschr. overdacht tot …
… van onwilligen dienst, tot
voortzetting van ’t bij hem inge…
fortuin, en het …
(pagina 2)
zijn 10 jaerigen dienst, ik mij heb
laeten bewegenn zijn beden te con
senteeren, gelijk de zelve ben in
stemmende bij dezen.
Waerom ik die voorz. Accra Dourra
van heden af verklaere te worden
ontslagen van de Heerschap
die Ik op hem zedert den
inkoop tot heden op hem had
gehadt, consenteerende …
zelven met zijne bagage tot ..
van zijn oogmerk van hier is
vertrokken, … hij goet…
… zal onder speciale prosesten
tegen alle schade, die den …
van heden … om mijnen naam
of crediet naer dezen zouden
mogen komen te maeken …
al het welk alle en een …
die deze zullen moeten zien, zich kunnen
reguleren, in kennis …
waerheit deze bij mij onderschr.
gegeven en getekent. In Baarn
8 Feb 1754
was getekent Huibt van Rye
Copi der … … van D
van Benthem
Op verzoek van eenen Dora, sijnde een Ne
ger van geboorte verklaere ik onder
geschreevenen, dat hij onder mijne leerlingen
de … van Baarn 4 a vijfmaal mede is
ge…. , bevond dat hij heeft een …
bevatting van den chr. Godsdienst had en
hope dat hij daerin door naarstigheit
verder mogen vorderen en dat een een
ieder, dewelke dit ons getuigenis …
hem daer in de behulpzaemen …
Baarn 21 Feb (onder…) quod …
1753 Adr. Van Benthem
pred. te Baarn en
E…
(pagina 3)
Dat dees Neger hem hadde ver
zocht, om hem verder in den
Christelijken godsdienst te onder
wijzen, en eene sterke begeerte ge
toont, om tot een Lid dezer Ge
meente aengenomen en toegelaeten
te worden tot den kerkgen doop
en het gebruik van des H Avont
mael, dat hij hem daerom had
onderzocht en bevonden, dat
den … ad testate van den
Predikant van Bentheim naer
waerheit was, het welk hem
aengespoort heeft, van dezen
Neger geduurigh aen zijn huis
te laeten komen ter bevorde
ringe van zijne kennis in de verbor
gentheden van Gods Konigrijk;
Ja der zelven voorleeden jaer en
in dit jaer te voegen bij die geenen,
die weekelijks aen zijn huis komen,
om zich bequaam te laeten maeken
tot de belijdenis van het christelijk
geloof en in het gebruik van des H
Tafel, dat die Neger …
(pagina 4)
dat het der vergaderinge en der
ganscher gemeente bekent is
dat hij heeft in twee openbare
… dien Neger in
tegenwoordigheit van eenige
Leden des K… , en van eene
meer dan gewoone bijeenkomst
der toehoorderen hadde onder
vraagt in de grondwaerheden
van het Evangeli; dat deze
boven verwachting hadde geantwoord
en een algemeen goet genoegen
gegeeven; ja dat daer door
bij … Leden der Gemeente
verwekt was eene zucht, dat die
Neger tot hunne Gemeenschap
wierde gebracht en zijne be
geerte vervult;
waerop D.. van Wena verder
den Kerkenraet verzocht, om
deze ongewone zaak in des …
weeze in overweginge te neemen
den Kerkenraet hetzelve met de
uiterste vergenoeginge en blijschap
gehoort hebbende, heeft dit
rijpelijk overdacht, en waren
allen van oordeel, dat men hem
tot een Lid dezer gemeente …
… neemen, en hem op eene
plechtige belijdenis de tekenen en
zegelen van Gods wederbaerende en
versterkende Genade bezorge,
en om dat op eene bevoeglijke
wijze ten uitvoeringe te brengen
heeft men vastgestelt, dat de
Neger in de eerstkomende de
(pagina 5)
Dourra geheten, nadat hij zijne
en ontslagen van zijnen dienst bij zijnen
Heer bekomen hadde, zig in
deze stad heeft opgehouden, om zijn
eigen broot te winnen, en eene
vuurige begeerte getoont …
om zig verder in godsdienst
wiens beginselen hij reeds ontvangen
hadt, te laten oeffenen, en tot be
lijdenis des christelijken geloofs be
kwaam te maken, dat hij ten
dien einden, niet verzuymt heeft
zig te bedienen van den bereitwil
ligen dienst van onzen zeer ge…
en beminden D. van Wena, die
hem een gansch jaar onderwezen
en tot die kennis der goddelijke
verborgentheden heeft gebragt, …
hij daar van eenige reyzen openbaar
in de Kerk voor een buiten … van
getal der toehoorderen heeft gegeven
en eindelijk volgens … des
Kerkenraats de belijdenis des geloofs
op den 19 Feb 1754 in den Schoot der
Gemeente heeft nedergelegt; en
daar op den volgenden zondag …
den … door welgemelden
onzen geliefden D.. van Wena
is gedoopt en genaamt Abraham
Johannes, bij welke gelegentheit
zijn Weleerw. in de tegenwoordig
heit van eene groote schaer …
gepasten en netten kerk mede …
… Hand. 8:
Ik ben hier zo enorm blij mee!
Dank u wel.
Ik zie nu net dat ik pagina 5 per ongeluk overgeslagen was: ik vond het al ze vreemd dat de tekst niet aansloot.
Dit stuk moet er dus nog tussen:
(pagina 5)
299
openbare catechisatie van
Dus van Wena in de tegenwoordig
heit van de Leden des Kerkenraets
beproeft wierde, en hij de belijdenis des
geloofs in den Schoot der
Gemeente nederlage; en dat dan
den volgenden zondagh daer
aen na den middag bij wanneer
Dus van Wena moest prediken,
de heilige doop aen hem bedient
wierde, het welk van al de tegen
woordigheden met toewens
schinge van gods bijstant en
zegen besloten is.
Extraordin. Kraet den 29 Febr
absent Dus van De… en Willem de Lange
en Boudewijn de Leen …
Nadat de gemelde Neger zijne
geloofsbelijdenis in de …
… catechisatie, met buitengewoone
plechtigheit verricht in de tegen
woordigheit van de Leden des
Kerkenraets hadt afgeleght voor
eene groote vergadering; heeft zijn
doop zijn voortgang gehadt en
en is hij in de presenti van eene
groote schaer van menschen
heden zond. den 29 Februari
gedoopt, en genoemt op zijne
begeerte Abraham Johannes,
ook is ge…, om van dit
zeltzaem geval kennis aen t gemeen
in den Boekzaal te geeven
op deze wijze woordelijk luidende;
De kerkenraet van Weesp heeft zig
verplicht gevonden te adverteeren,
dat een Afrikaner Moor, Accra
Moet 24 februari zijn ipv 29
De eigenaar van Accra Dourra heette: Huibert van Ryk (Rijk). Op de pagina’s die jij opgaf was zijn naam niet zo goed leesbaar: ik dacht: van Rye.
Maar zijn naam is wel goed leesbaar op de bladzijde net vOOor de 6 die jij opgaf:
https://familysearch.org/pal:/MM9.3.1/TH-1942-31169-27336-85?cc=2037985&wc=M5P6-SPD:382016901,382020101,954373101
Ook de naam van de predikant is hier goed leesbaar: “van Deventer”.
Ik kon de naam niet goed lezen op pagina 5. Het wordt dus:
Extraordin. Kraet den 24 Febr
absent Dus van Deventer en Willem de Lange
Hartelijk dank!
Ik twijfelde of die pagina erbij hoorde. Alles is nu ook aangepast op de Drive. Nu ga ik op zoek naar Huibert van Ryk!
ivm met Huibert van Rijk vond ik nog hetvolgende:
op de website van de universiteit van Leiden (Colonial Collection) staat een boek ivm Capitein: een Afrikaan die aan de universiteit in Leiden studeerde en nadien terugkeerde naar zijn vaderland, waar hij predikant was in Delmina.
In het boek staat ook een passage over Huibert van Rijk. Van Rijk was in die jaren in dienst van de compagnie en verbleef in Delmina:
“””””
Het kan niet ontkend worden dat de “bediendens” – de ambtenaren in dienst van de Compagnie – hem [Capitein] menigmaal grof behandelden. Hoe zouden ook deze blanke kolonisten respekt hebben voor zulk een Afrikaanschen Moor, al had hij in Europa zijne opleiding genoten! Onder hen was het vooral de fiscaal Huibert van Rijk, die zoowel in het publiek als in tegenwoordigheid van de leden van de kerkeraad, op eene verachtelijke wijze over den predikant en des godsdienst sprak en durfde beweren: “dat hy niets anders dan uyt nieuwsgierigheid in de kerk kwam”. Hij schold de leden van den raad voor schelmen uit en wenschte wel de geheele wereld te kunnen bedriegen.
Op den 18den maart 1743 gaf Directeur-Generaal De Petersen bij gelegenheid van zijnen geboortedag een vroolijke maaltijd aan den raad en “de verdere Heeren en Messieurs, om de vriendschap te cultiveeren”. Na afloop bleven sommigen nog wat napraten en onder hen: de fiscaal Huibert van Rijk en de predikant Capitein. De fiscaal begon te zwetsen, dat hij de kerk alleen uit nieuwsgierigheid bezocht en “verder ongerijmde expressien” meer, ja hij wenschte wel, “dat hij de geheele weereld konde k…n (’t geen in civielder term gezegt is: bedriegen), en dat hij alsdan zulks niet zoude nalaaten”. En dat alles werd in tegenwoordigheid van Capitein gezegd.
Deze van Rijk, een bon-viveur van de echte soort, had veel van het klimaat te lijden, inzonderheid van het “ongesonde saisoen” van 1745, waarin de langdurige regens en de mist de lucht dermate infecteerden, dat “de natuurlyke en nodige transpiratie van de mensch verhindert (wert)”. Herstelden de meeste Europeanen “met quackelende siektens” De Rijk’s kwaal verergerde zoodanig, dat hij 14 Februari 1747 wegens gezondheidsredenen om ontstlag vroeg. Hij werd gekweld – zoo schreef hij – met “dolle koortzen en krankheeden”, die “van dat effect sijn geweest, dat deselve het blootleggende zeenuwengespan hebben doen aangrypen, en na onlydelyke pynen al myne verdere kragten hebben benoomen, met een paar lamme en beroerde armen en handen laate leggen, onmagtig tot iets, dan om nagt en dag te aanschouwen de instrumenten waarmeede ik God, mijn evenmensch en myselven moet verheerlyken, als twee doode klompe vlees voor my te zien leggen, dat nog het chagrinanste van alles is”. De chirurgijns hadden hem aangeraden van klimaat te veranderen, om “nieuw voedsel en circulatie van sappen te krygen”. Door deze ziekte werd zijn humeur nog prikkelbaarder en luchtte hij zijne booze buien op den predikant.
“””””
Blijkbaar is hij dus nadien in 1750 terug naar Nederland gekomen en heeft hij Accra Dourra meegenomen.
Ik vond dit:
http://www.hetutrechtsarchief.nl/usercontrols/archiefbank/maisi_proxy.aspx?mivast=39&mizig=199&miadt=39&miaet=18&micode=34-4.U230a013&minr=3974471&milang=nl&misort=srt|asc&mif2=B.%20SLUYTERMAN&miview=ldt
Fijn dat je zo helpt!
Bij het Utrechts Archief vond ik ook nog dit:
Akte van scheding van boedel van Huibert van Rijk en zijn echtgenote Anna Catharina Smit, van 26-01-1770. Huibert was toen al overleden.
Zo heb je al meteen de namen van hun kinderen.
34-4.U230a009 B. SLUYTERMAN
Notariële akte Scheiding – van de boedel van + Huybert van Ryk en Anna Catharina Smitt
Aktenummer: 9
Datum: 26-01-1770
Soort akte: Scheiding
Notaris: B. SLUYTERMAN
Samenvatting:
van de boedel van + Huybert van Ryk en Anna Catharina Smitt
Personen:
Eerste Partij: Pierre Ader
Onmondige kinderen + Huybert van Ryk en Anna Catharina Smitt:
Tweede Partij: Hubertus Henricus van Ryk
Tweede Partij: Adriana Antonia Jenetta van Ryk
Tweede Partij: Geertruyda Johanna Wendelina van Ryk
Tweede Partij: Maria Henrietta Cathrina van Ryk
Tweede Partij: Anna Belia van Ryk
Tweede Partij: Hera Elisabeth van Ryk
Voogd: Johannes Swygelman
Voogd: Floris Brinkman
Verwijzingen:
schuldbekentenis d.d. 22-8-1765 voor notaris S. Dorper te Amsterdam schuldbekentenis d.d. 22-9-1766 voor notaris B. Sluyterman
onroerend goed:
dubbeld herenhuys, stallingen, koetshuys, erve en tuyn, groot 1/2 mergen – naar Anna Catharina Smitt -; den Brink
klyne huysinge tot een tuynmanswoninge c.a geapprorieerd;
Bijzonderheden:
Huybert van Ryk in leven afgetreden raad fiscaal over de
Noord en Zuidkusten van Afrika en naderhand schout en
gadermeester van Baarn en Ter Eem
Toegangsnummer:
34-4 Notarissen in de stad Utrecht 1560-1905
Inventarisnummer:
U230a009
Huibert van Rijk moet al voor 1768 gestorven zijn want op 16-08-1768 hertrouwt Anna Catharina Smit in Baarn met Pieter ADER.
Hun eerste kind, Pieter Matheus ADER, wordt een week na het huwelijk, op 24-08-1768 geboren.
Anna Catharina SMITS overlijdt op 25-11-1801 in Alkmaar.
Ik vond deze gegevens op internet. Je kan dus best nog even de originele akten checken om helemaal zeker te zijn.
Huibert van Rijk zou op 28-03-1767 in Baarn overleden zijn.
Zijn vrouw Anna Catharina Smit is op 20-11-1801 overleden te Alkmaar: ze was op dat ogenblik 71 jaar en 15 dagen oud, volgens haar overlijdensbericht in de krant (kan je op zoeken in Delpher: zoektermen “Smit Ader Alkmaar”.)
Dit wil dus zeggen dat ze op 05-11-1730 geboren is, dochter van Henrik SMITS en Belia ARENTS of ARENDS.
In Amsterdam geboren?
Huibert moet dus een heel stuk ouder geweest zijn dan zijn vrouw, want ik vond ergens dat hij in 1737 al fiscaal in Delmina was.
Huibert is rond 1750 teruggekomen naar Nederland. Ik denk dat hij dan een tijdje in Amsterdam gewoond heeft en daar met Anna Catharina SMIT heeft leren kennen en met haar getrouwd is.
Vermoedelijk is hier ook hun eerste kind Hubertus Henricus VAN RIJK geboren.
Nadien duiken Huibert en Anna Catharina op in Baarn en daar worden 5 dochters geboren:
* Adriana Antonia Jannette, gedoopt op 12-01-1755 te Baarn.
* Geertruijda Johanna Wendelina, gedoopt op 28-11-1756 te Baarn.
* Maria Hendriette Katharina, gedoopt op 07-01-1759 te Baarn.
* Anna Belia, gedoopt op 21-12-1760 te Baarn.
* Heva Elisabeth, gedoopt op 31-12-1762 te Baarn.
Huibert overleed in 1767. Hij zou dus best wel eens iets met de geschiedenis van Christiaan te maken kunnen hebben…
Ja, ik ben heel benieuwd met welk schip hij terug gekomen is naar Nederland en wie daar aan boord waren. Al staat er bij Christiaan steeds dat hij rond 1750 geboren is. Dank je wel voor al je hulp! Het helpt enorm.
De afrikaan op het schilderij van de gravin is niet Accra Doura!
*Het schilderij is gedateerd 1754.
Accra Doura was sinds 1742 “eigendom” van Huibert van Rijk, die hem vlak voor zijn doop op 29-02-1754 in Weesp zijn vrijheid gaf.
*Het portret werd gemaakt door Rosine Mattieu Liscewska (geboren rond 1715 in Berlijn, overleden 1783 in Dresden).
Op het ogenblik dat het portret gemaakt werden, verbleven de graaf van Gronsveld van Diepenbroick Impel nog niet in Weesp maar in Berlijn.
Ze huwden in 1751. Hun eerste kind “Carel Anna Frederik” werd geboren op 22-10-1753 (Plaats van geboorte heb ik niet gevonden). Hun tweede kind, een dochter, “Amona Frederika” werd geboren op 24-11-1754 in Berlijn.
Het portret is dus gemaakt toen het gezin in Berlijn woonde, door een kunstenaar in Berlijn.
Maar wie is dan wel de afrikaan op het schilderij?
Het antwoord is te vinden in de krant “Oprechte Haerlemsche Courant” van 05-02-1754 (zie Delpher). Hier lezen we:
“BERLIJN (…) Sondag wierd in de Parochie-Kerk alhier een jonge Moor van 15 Jaaren, voorheen genaamd Cocquamar Crenequie, geboortig van de Kust van Guiné, en in dienst van zyne Excellentie den Heer Graaf van Gronsfeld, Extraordinaris Envoyé van de Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, na voorafgedaane Geloofs-Belydenis, plechtelyk gedoopt, en verkreeg ten overstaan van gemelde zyne Excellentie en den Koninklyken Staats. Krijgs. en Dirigeerende Minister, mitsgaders Opper. Appelations. Gerechts. President, den Heer Graaf van Reus, – als peters, de Naamen van Willem Philip Frederik; hebbende reeds derdehalf Jaar by zyne Excellentie in Dienst gestaan.
De afrikaan op het portet van de gravin is dus niet Accra Doura maar: “Cocquamar Crenequie” of “Willem Philip Frederik”, geboren rond 1739.
Wat een geweldige vondst! Dank je wel. Ik ga dit in een apart blog schrijven. Er was al twijfel vanwege het jaartal. Nu weer veel meer bekend. Ik ga het ook doorgeven aan het museum in Weesp.
http://drentsarchief.nl/onderzoeken/archiefstukken?trefwoord=Gronsfeld&mivast=34&mizig=210&miadt=34&micode=0185&milang=nl&mizk_alle=Gronsfeld&miview=inv2
Hier staat het gezin van de Graaf.
III. Bertram Philipp Sigismund Albert rijksgraaf von Gronsfeld-Diepenbrock, heer van Wijngaarden, 1715-1772, gezant van de Republiek, geheimraad van prins Willem V, president van het College ter Admiraliteit van Amsterdam;
tr. 1751 Amoena Sophia Frederica rijksgravin zu Loewenstein-Wertheim-Virneburg, mederegerend gravin van Limpurg-Sontheim, 1718-1779 (tabel 23, generatie I.4).
Uit dit huwelijk:
1. Carel Annas Hendrik Frederik rijksgraaf van Gronsfeld-Diepenbrock, 1753-1796.
2. Amoena Sophia Frederica rijksgravin van Gronsfeld-Diepenbrock, 1754-1832;
tr. 1780 Walraven Robbert Evert baron van Heeckeren van Waliën, ovl. 1833.
3. Louise Maria Anna Christina Sophia rijksgravin van Gronsfeld-Diepenbrock, 1755-1803;
tr. 1775 (echtscheiding 1779) Georg rijksgraaf von Münster tot Meinhövel, ovl. 1801.
4. Johann Bertram Arnold Sophus rijksgraaf van Gronsfeld-Diepenbrock, 1756-1805;
tr. 1791 Frédérique Maria Carolina rijksgravin zu Loewenstein-Wertheim-Virneburg, 1766-1830 (tabel 23, generatie III.1).
5. Frederik August Jacob Sigismund rijksgraaf van Gronsfeld-Diepenbrock, 1758-1801;
tr. 1796 Wilhelmina Charlotte Amalia Louise rijksvrijvrouwe von der Horst, 1764-1815.
6. Wilhelmina Charlotte rijksgravin van Gronsfeld-Diepenbrock, 1759-1771.
Hetzelfde artikel staat ook in de “Leeuwarder Courant” van 09-02-1754:
hier staat “Cocquama” ipv “Cocquamar”.