Cornelis bij de Militie
Christiaan en Kaatje hadden vier zonen die allemaal de leeftijd hadden om de militie in te moeten. Zoon Jan zijn militaire carrière hebben we bijna helemaal achterhaald. Hij vocht in Waterloo, ging daarna met de militie naar Suriname en overleed in Paramaribo in 1839, 50 jaar oud.
Nu nog de drie andere zoons, Cornelis, Teunis en Christiaan jr.
Zoon Cornelis heeft mijn extra aandacht, hij is tenslotte mijn vaders betovergrootvader. Als ik het militaire stamboek vind waar hij in staat, kan ik lezen hoe hij eruit zag. Dat wil ik graag weten! Hoopvol had ik door zijn huwelijkse bijlage gebladerd, op zoek naar een verklaring over de Militie maar die zit er niet bij. Ook op de site militieregisters kon ik hem niet vinden.
Een respons van de Burgemeesters in 1815 naar de Gouverneur was de eerste keer dat ik bewijs kreeg dat Cornelis wel bij de Militie diende.
Cornelis: gedoopt 26 december 1782 welke bij de Nationale Militie is ingelijfd.
Vanaf dat moment wilde ik meer weten maar dat viel niet mee, na het vorig blog over hem met een oproep waren er niet veel ontwikkelingen tot nu.
Online ben ik op zoek gegaan in het Archief van Weesp of er stukken aanwezig waren over de militie in de bewuste jaren.
Afgelopen maandag ben ik naar Weesp gereden en heb ik alles opgevraagd waar ook maar de mogelijkheid zou kunnen zijn dat Cornelis vermeld zou staan. Prachtige oude boeken lagen er voor mij open en papieren meer dan 200 jaar oud.
Na veel bladeren zag ik hem en degene die tegenover mij zat ontging het niet hoe blij ik was. Daar stond zijn naam.
Dit was het begin en nu nog bewijs vinden dat hij werkelijk gediend had. Dat bewijs liet niet lang op zich wachten. Op de eerste pagina van een bijna uit elkaar vallend boekje, helemaal onderaan las ik zijn naam en dat niet alleen, ook waarin hij diende stond er geschreven.
“3e Compagnie, 13e Bataljon” en hij was Fuselier. In stilte maar wel met mijn armen omhoog heb ik gejuicht in het archief. Nu moest ik toch het stamboek met zijn gegevens kunnen vinden!
Met hulp, want ik weet helemaal niks over militairen en militie, kwam ik uit bij het Nationaal Archief.
Dit heb ik een aantal keren moeten lezen voor ik het begreep maar er staat in ieder geval 13e Bataljon en dat zocht ik. De stamboeken liggen in Den Haag en geduld zit niet echt in mijn genen. Familysearch is dan een prachtige mogelijkheid om online vast te gaan zoeken. Zij hebben heel veel stamboeken op microfichs gezet en deze zijn online te bekijken. “Browse through 103.682 images” staat er en dat is wel wat veel. Gelukkig is er ook een indeling gemaakt en kan ik zoeken op 10e Regiment.
En daar is dan mijn oudouder Cornelis van der Vegt! (klik op de afbeelding voor groot formaat of kijk ONLINE)
Plots weet ik zoveel meer over hem. Hij had zwart haar, zwarte ogen en wenkbrauwen, was in 1814 in Frankrijk en in 1815 in Vlaanderen. Eerst Korporaal en daarna Fuselier. Hij diende tot 30 april 1819.
Nu wil ik natuurlijk heel graag weten waar hij in Frankrijk en Vlaanderen is geweest. Ergens zal iemand toch wel weten waar het Regiment gelegerd was……
In het boek “Kleeding en Wapenuitrusting van de Koninklijke Nederlandsche Troepen” heb ik het tenue van een Fuselier en Korporaal opgezocht. In mijn hoofd pas ik het plaatje aan, zie ik een man met zwart haar en zwarte ogen, mijn voorvader Cornelis van der Vegt.
UPDATE 10-03-2016 (dankzij Yvette Hoitink)
Krantenartikel in Middelburgsche courant dd 18-06-1816
Nu wil ik helemaal meer weten over het 10e Regiment! Dank je Yvette!
Super!!!!!!
Wat een zoektocht en wat een resultaat .
Ik kan me voorstellen dat je geluidloos hebt gejuicht .
Gefeliciteerd , je kunt je nu een voorstelling maken van je voorouder.
Knappe vent !
Jeannette
Wat leuk dat dit allemaal te vinden is. Ik heb ook een paar ‘dienende’ familieleden in het midden van de 19e eeuw. Werk aan de winkel!
Dank voor de uitgezette sporen.
Mocht je tips nodig hebben, je weet mij te vinden 🙂
Beste Annemieke, de afbeelding is niet die van de Nationale Militie, maar van het Algemeen Depot der Landmacht, oftewel troepen bestemd voor Oost-Indië. Deze afbeelding komt uit het boek van Teupken uit 1823, en toen waren de uniformen van de Militie al afgeschaft en werden alle infanteristen in hetzelfde uniform gekleed. Het Militie-uniform was een donkerblauwe rok met witte panden, oranje kraag, manschetten en paspellering. Knopen van witmetaal met het bataljonsnummer. Grijze pantalon, zwarte (later grijze) slopkousen, ’s zomer pantalon en slopkousen van wit linnen. Brits model sjako pre 1812, de zgn. “stovepipe”, met witmetalen (blikken) plaat met de tekst “Voor Koning en Vaderland” in een krans van zonnestralen, daarboven een oranje leren kokarde met kleine uniformknoop en een witte wollen pompn (rood of groen voor de flankcompagnieën). Afbeeldingen ervan zijn er genoeg te vinden op bv. de site van het Nationaal Militair Museum.