Huydecoper’s brieven
De afgelopen tijd hou ik mij vooral bezig met de periode in Christiaan zijn leven voordat hij naar Nederland werd gebracht. Niet dat ik verwacht ergens een glimp van hem op te vangen in een document maar ik wil graag weten hoe het leven daar destijds was. Eerder schreef ik al eerder over de brieven van Jacobus Capitein uit Elmina die een beeld geven uit de periode 1742-1747. Het kan bijna niet anders dat het kleine jongetje die wij nu als Christiaan kennen, in die tijd daar aanwezig was.
Onlangs ontdekte ik de brieven uit Elmina van Jan Pieter Theodoor Huydecoper (1728-1767) in het Utrechts Archief. (Zijn leven wordt ook uitgebreid beschreven op Wikipedia en ik zal dat niet herhalen.)
Huydecoper was niet tegelijk met Christiaan op het kasteel van Elmina. Christiaan zal zo’n 10 jaar voor Huydecoper aankwam, meegenomen zijn naar Nederland. Maar zoveel in het dagelijks leven zal er toch niet anders zijn geweest…
Een map met brieven van Jan Pieter Theodoor aan zijn oom Balthasar Huydecoper, is gearchiveerd onder “Brieven van persoonlijke aard ontvangen door Balthasar Huydecoper, 1714-1771“.
En boeken met uitgaande brieven van Huydecoper, door het Utrechts Archief gedigitaliseerd en online te lezen. Als omschrijving staat er:
“Kopieboeken van uitgaande brieven van Jan Pieter Theodoor Huydecoper, gouverneur van Axim op de kust van Guinea, 1757-1767.” Dit is ook de tekst die op het boek staat.Ik was in Axim tijdens mijn reis “In de Voetsporen van Christiaan” in Ghana en ook op het fort aldaar. Het is echt anders wanneer je weet hoe het er uitziet. Wat het uitzicht is vanaf het fort en hoe het boven de stad uitsteekt.
De brieven zijn eerder bestudeerd en over geschreven, onder andere door Luuc Kooijmans in het boek “Vriendschap en de kunst van het overleven in de zeventiende en achttiende eeuw”.

Het handschrift is tot mijn verbazing heel goed te lezen en dat doe ik dus. Ik lees over het Kasteel Elmina in zijn bewoordingen en ik herken het, ik liep daar ook. “Ophaal bruggen om binnen het Kasteel te raken, zoo … men de drie poorten is doorgegaan komt men op een groot vierkant plein, rondom het welke alle de differente pakhuizen en slaven gaten zijn en boven deselve de woningen de meeste bediendes. Dit plein voor de hoge muren die het omringen heeft een akelige gedaante te meer wijl het selve voor een groot gedeelte beleid is, met zerken werden alle de Generaals en Raden op het selve begraven. Een gebruik dat ik denk wat veel contribueert tot de ongezondheid van het fort. Zowel als de benauwde lucht die veroorzaakt wordt door de slavengaten, welke spelonken zijn daar dikwijls vijf a zeshonderd mensen slapen.”
Zijn omschrijving van de mensen in de kelders van het kasteel ontneemt mij de adem….. maar ik wil echt weten hoe het was in die tijd. Ik heb dan ook voorgenomen om alle brieven uitgebreid te lezen. Dit was ook de tijd dat er Afrikaanse kinderen als bedienden van de ambtenaren van de West Indische Compagnie op het kasteel waren. Waaronder ook mijn voorvader Christiaan. Dit was zijn wereld toen hij een klein jongetje was…Deze foto, door mij gemaakt, laat zien wat hij beschrijft.
Ook probeer ik de mensen van de W.I.C. te begrijpen, helemaal zal nooit lukken maar misschien wel een beetje. Daarom ben ik blij met de brieven van Jan Pieter Theodoor aan zijn oom Balthasar, hij schrijft ook over zijn ideeën en gedachten, iets wat in officiële documenten nauwelijks voorkomt.
Jan Pieter Theodoor huwde in Elmina met Penni Raems, een dochter van een witte man en een vrouw uit Elmina. Daarnaast kreeg hij ook nog kinderen met twee andere vrouwen uit Elmina. Hij was bij lange na niet de enige WIC ambtenaar die een gezin stichtte met vrouwen van Elmina. Michel Doortmont heeft uitgebreid onderzoek gedaan naar deze gemengde gezinnen. Zie HIER zijn publicaties.
Kijk ook eens naar mijn favoriete aflevering van “Who do you think you are?” met Hugh Quarshie.
Huydecoper werd 39 jaar oud en in het archief vond ik ook een briefje aan oom Balthasar met het overlijdensbericht van zijn neefje.
Ook dit is goed te lezen, het onverwachte kwam toen ik zag wie dit briefje geschreven heeft.Willem Sulyard de Leefdael, fiscaal van de W.I.C. in Elmina maar ook voor mij een bekende naam. Hij stuurde Narcis, een Afrikaanse kindbediende, naar zijn broer in Maastricht. Ik schreef al eerder een blog over Narcis die na zijn doop Christiaan Narcis werd genoemd.
Kinderen van Huydecoper bleven op de Kust van Guinee en kregen daar nazaten.
Dit is Mr. Johannes Jacobus Cornelis Huydecoper, een nazaat van Jan Pieter Theodoor Huydecoper.
Meer informatie over hem vind je op de website van Michel Doortmont, klik HIER.
Ik ga verder met het lezen van de brieven van zijn over-over-overgrootvader en hoop meer inzicht te krijgen in Christiaan zijn leven op het kasteel van Elmina.
Interessant, deze verborgen vaderlandse geschiedenis