Lantaarnopsteker
De afgelopen dagen heb ik Christiaan zijn brief aan Koning Willem I opnieuw een aantal malen gelezen. Nu ik wat meer ervaring heb met oude handschriften en meer kennis heb opgedaan over die tijd, lees ik steeds meer. Wel twijfel ik nu of dit echt Christiaan zijn handschrift is of een kopie en dat het origineel in een ander archief ligt. Ooit, wanneer ik begrijp hoe ik moet zoeken, ga ik dat ontdekken.
Omdat Pluimgraaf al mijn aandacht trok was ik vergeten dat er ook staat dat hij als Lantaarnopsteker aan het werk was geweest in de stad Weesp, ook tijdens het Franse bestuur.
Hoogstwaarschijnlijk ging het om olielantaarns, waren er nog geen gaslantaarns in Weesp. Op het internet kom ik plaatjes tegen van mannen met ladders of met lange stokken. Elke avond maakten zij hun ronde om licht te maken. Als ik er goed over nadenk, zegt dit ook iets over Christiaan. Als een lantaarnopsteker te laat is met zijn werk, weet iedereen dat meteen, want ze lopen in het donker. Zouden die lantaarns zelf uitgegaan zijn of moest hij daar ook weer een rondje voor doen? Dan weet ik meteen dat mijn nachtbraken in mijn DNA zit!
Christiaan schrijft dat hij uit beide functies werd ontzet en dat de functie aan een ander persoon is gegeven. Hij heeft nog geld tegoed vanaf 11 augustus 1811. Wat zou er gebeurt zijn op die dag? Weer iets om een naar op zoek te gaan in het archief van Weesp.
Tijdens de wandeling “In de Voetsporen van Christiaan” ga ik ook kijken naar de lantaarns, zouden er nog staan uit Christiaan zijn tijd?
Er zal vast een oude lantaarn bewaard zijn gebleven.
Wat het nachtbraken betreft: ik las ergens dat dat ook iets met intelligentie te maken kan hebben.
Was jij ook niet een nachtbraker, neef Paul? 😀